Site pictogram Mama Duizendpoot

Waarom gebruiken we koosnaampjes?

koosnaampjes

Iedereen heeft het wel eens gebruikt en iedereen heeft er ook wel een gekregen; een koosnaam. Er zijn ontelbaar veel verschillende koosnaampjes en ieder heeft zijn eigen favoriet. Maar waarom gebruiken we eigenlijk koosnamen? En waarom vinden we het wel/niet fijn?

Waarom gebruiken we koosnaampjes?

Het schijnt iets te maken te hebben met onze eerste liefdeservaring…die met onze moeder. Moeders geven hun kind vaak een geheel persoonlijke naam die (in haar ogen) boordevol liefde en geborgenheid zit. Als kind voel je die liefde en geborgenheid en wordt het gekoppeld aan het koosnaampje; het koosnaampje geeft jou dan het gevoel van warmte, genegenheid, geborgenheid, veiligheid…pure liefde.

Lees ook: Onvoorwaardelijke liefde 

Als we dan wat groter zijn en dit gevoel willen overbrengen aan een ander, doen we dat vervolgens graag op diezelfde manier. We hebben immers geleerd dat het fijn is.

Waarom vinden we het wel/niet fijn?

Wel fijn

Wanneer een koosnaam correct wordt gebruikt en de ontvanger altijd positieve ervaringen heeft met koosnaampjes, dan zal dit als prettig ervaren worden.

Grensgevalletjes

Een fijne grens tussen leuk en niet leuk ligt soms al aan de intonatie. Er zijn mensen die hun partner een koosnaampje geven op basis van een uiterlijke kenmerk of ‘gebrekje’, denk maar aan ‘Bolle’. Wordt hetzelfde woord op een andere toon gezegd, dan komt het heel anders over. Met de juiste intonatie kan een ‘lelijke bijnaam’ het liefste woord ter wereld worden.

Niet fijn

Maar als we slechte ervaringen met koosnamen hebben gehad door verkeerd gebruik, dan zal er een bittere nasmaak aan koosnaampjes zitten. Zo kan bijvoorbeeld het woord ‘schatje’, ‘meid’ of ‘meissie’ kleinerend gebruikt worden. Ook zijn er partners die koosnamen enkel gebruiken tijdens een conflict of om slecht gedrag te verbergen (overcompensatie). In beide gevallen wordt dan door middel van een koosnaam macht uitgeoefend, er wordt mee gemanipuleerd. Als je er gevoelig voor bent, dan zullen dit soort woorden jou geen fijn gevoel geven, hoe lief ze op een ander moment ook gebruikt worden…er zal altijd een naar gevoel aan kleven.

En dan heb je nog mensen die erg creatief zijn met het verzinnen van koosnaampjes, waardoor het koosnaampje niet altijd even leuk of gepast is voor de ontvanger. Als het koosnaampje dan gebruikt blijft worden terwijl jij aan geeft het koosnaampje niet fijn te vinden, wordt dit ervaren als respectloos. Het is daarom erg belangrijk dat je een koosnaam geeft waar de ontvanger ook blij van wordt.

Wel fijn maar niet in het openbaar

Een koosnaam is ook intiem en daardoor niet altijd even geschikt om in het openbaar te gebruiken. Sommige mensen vinden het sowieso niet fijn om koosnamen in het openbaar te gebruiken. Het is belangrijk hier rekening mee te houden.

Welke koosnaampjes gebruiken wij Nederlanders?

Naast ‘schat’ en ‘lieverd’, wordt ‘dropje’ veel gebruikt…een typisch Nederlands koosnaampje.

Een koosnaam voor de partner

Maar er zijn natuurlijk nog veel meer koosnaampjes die we veel gebruiken. Zo noemen we in Nederland onze partner vaak: honnepon, kanjer, knapperd, knuffeltje, lekker ding, lief(je), mop(pie), prinses(je) en schoonheid.

Naast de wat gebruikelijke koosnaampjes, gebruiken we ook best vreemde koosnamen om onze partners mee te liefkozen, zoals: aapje, baardaapje, drolletje, druifje, duifje, duiveltje, garnaaltje, keuteltje, kippetje, konijntje, mokkeltje, monstertje, poekie, poepie, poppetje, scheetje, smurfje, stoeipoes, tijger, troeliewoelie, troeteltje en zoetje.

Een koosnaam voor de kinderen

Voor onze kinderen gebruiken we iets andere koosnaampjes, al zijn er overlappingen: binkie, bengel, draakje, dropje, kaboutertje, liefie, lieverd, muisje, prinsesje, poepie, poppedijn, poppetje, schatje, tuttebelletje…en er zijn er vast nog veeeeeeeeeel meer.

Mijn verhaal

Koosnaampjes voor mij

Laten we bij het begin beginnen; hoe mijn moeder mij noemde (sorry mam, ik hou wel van je). Mijn moeder had de beker voor het geven van de smerigste koosnaampjes. Waarom ze dat juist koosnaampjes vindt, is mij nog altijd een raadsel. Ik ben jaaaaaaaren haar drolletje, keuteltje en scheetje geweest, maar ook ‘mama’s mooi meisje’…hoe ze dat in haar hoofd heeft kunnen combineren…ik vindt het knap.

Te stoer voor een koosnaam

Maar ja, dan kom je op een leeftijd dat je dat niet echt leuk vindt en toen is het ‘troeliewoelie’ geworden (en stiekem in haar hoofd nog gewoon ‘drolletje, keuteltje en scheetje’, ik weet het zeker.) Ik zwoor toentertijd dat ik mijn kind nooit dat soort ‘stomme’ koosnaampjes zou geven, dat was belachelijk en dat deed je gewoon niet.

Nu is het mijn beurt

Ehm…nu zijn we dus flink wat jaren verder (zeg maar gerust dikke vijfentwintig jaar verder) en heb ik zelf een dochtertje. En dan beginnen de koosnaampjes. Nee, niet van die doorsnee saaie, maar ook gewoon lekker creatief en symbolisch en eigenlijk niet zo lief…daar gaat mijn belofte.

Tijdens de zwangerschap

Tijdens de zwangerschap viel het nog best mee, toen was ze ons konijntje. Dat is nog niet zo erg onaardig. Maar toen ze geboren was en haar karakter naar voren kwam, werd ik toch iets creatiever. Zo noem ik haar bijvoorbeeld ‘heksje’ en ‘monstertje’. Niet omdat ik haar een heks en een monster vindt hoor, welnee (…ehm…nou…oké, heel soms dan), maar omdat het een echte dondersteen is die verpakt zit in een suikerzoet laagje.

Mijn klein monstertje 

Ze kan namelijk ontzettend lief zijn…en dan ineens twinkelen haar oogjes en doet ze stiekem iets stouts. Af en toe lijkt ze zelfs op zo’n engeltje uit Dr Who. Zo’n engeltje die zoet en braaf mooi staat te zijn wanneer je kijkt, en als je even een tel niet kijkt, zit ze ineens halverwege de trap! Een ander laten schrikken vindt ze ook al zo geweldig, dat is eigenlijk haar grootste hobby naast gromgeluidjes maken (dat deed ze al voordat ze ook maar een woord sprak…best creepy als een kind van 2 maand zulke lage gromgeluiden maakt en er vrolijk bij kijkt). En als de ander dan flink schrikt, dan giert ze het uit van plezier. Ze is dol op monstertjes en alles wat eng hoort te zijn en dan doet ze vrolijk eng mee. Een spookje nadoen, dat is ook al zo leuk, dan mag je verstopt mensen laten schrikken. Je ziet haar dan heel intens genieten.

Maar andersom vindt ze evengoed leuk. Als je haar flink laat schrikken giert ze het uit van de pret en moet het nog een keer…en nog een keer…en nog een keer…zucht.

Ze kan echt kicken op schrikken (ze lijkt op mama). Ze is dus echt een klein monstertje, ik hoop dat ze altijd zo zal blijven. En als beloning mag zij haar kind ‘stomme’ koosnaampjes geven.

Mobiele versie afsluiten