Een patroon voor een knuffel maken aan de hand van een afbeelding

patroon knuffel aan de hand van een afbeelding

Onlangs plaatste ik de werkbeschrijving met het bijbehorende patroon voor een knuffeltje die is gebaseerd op het visje ‘Regenboog’ uit ‘De mooiste vis van de zee’. Omdat het maken van het patroon best simpel is, leg ik je hier uit hoe je dit ook zelf kunt doen.

Aan welke eisen moet het figuurtje voldoen?

Voor een simpel patroontje moet je in 2D denken. Je maakt dus enkel in de lengte en breedte en dat wordt dan gevuld waardoor er een iets boller figuurtje ontstaat. In mijn geval is dat een visje. Een visje is perfect, omdat een ‘plat’ visje niet onnatuurlijk lijkt. Maar Peuzel, is bijvoorbeeld ook een leuk boekenheldje om op deze manier te maken…en nog makkelijker ook.

Uiteraard kun je andere figuurtjes best in een plattere vorm maken, maar dat wordt wel minder realistisch. Zo is een ‘bol’ beertje veel leuker om mee te spelen dan een ‘plat’ beertje.

Aan welke eisen moet de afbeeldingen voldoen?

RegenboogWanneer je een patroon wilt maken aan de hand van een afbeelding, moet je er voor zorgen dat je een goede voor-/achteraanzicht hebt (voor een popje bijvoorbeeld) of een goede zijaanzicht (zoals bij het visje). De afbeelding moet dus niet in perspectief zijn, want dan moet je zelf lijnen veranderen…en dat is nog best lastig.

Wat heb je nodig voor het maken van een patroon?

Je hebt in de eerste plaats dus de afbeelding nodig. Deze afbeelding maak je een tikje groter dan dat je het knuffeltje wilt hebben. Doordat je het knuffeltje gaat vullen, wordt hij ietsje kleiner dan jouw afbeelding.

Daarnaast heb je papier en potlood nodig (of PowerPoint, zoals ik heb gedaan…dan heb je jouw patroon digitaal).

Aan de slag

Bedenk eerst wat genaaid moet worden en wat eventueel getekend moet worden (of geborduurd). Dat wat getekend (of geborduurd) moet worden, hoef je niet als patroon te tekenen, maar teken je wel op het patroon.

Regenboog patroon lijfTrek de basis van het figuurtje over, dit is het lijfje.

Wanneer je zoals ik een tweeledig lijfje hebt (het gedeelte met gezicht en zonder gezicht), is het handig om ook het gezicht in het lijfje te tekenen. Zo kun je eerst het geheel overnemen op jouw stof en daarna datzelfde patroondeel gebruiken, maar dan het stukje met het gezicht er uit geknipt. Je moet dus goed nadenken over wat er op en wat er onder zit, zodat het ‘echter’ lijkt. Denk er ook aan dat de naadwaarde niet overal komt en dat je het deel wat je er op naait uit een stof haalt die niet rafelt.

Geef ook gelijk aan waar de overige delen bevestigd moeten worden.

Regenboog patroon overigTrek daarna alle overige delen individueel over, maar verleng elk deel met ongeveer een cm op de plek waar je de delen vast gaat maken.

Wanneer je op sommige plekken een naadwaarde hebt en op sommige plekken niet, is het handig om of de naadwaarde er op de juiste plekken al bij te tekenen of om goed aan te geven waar het wel/niet moet.

Aanpassingen

Soms zijn bepaalde vormen niet zo handig om te naaien. Denk maar aan een handje, met al die pietepeuterige vingers, wordt het een ramp om te naaien en een nog grotere ramp om het binnenstebuiten te keren. Het is dan noodzakelijk om de vormgeving ietsje aan te passen, zodat het patroon wel werkbaar wordt. Bij een handje kun je dan bijvoorbeeld kiezen voor een halve cirkel die aansluit op de arm. Wanneer deze binnenstebuiten is gekeerd, kun je door het naaien van een simpel streepje een duim creëren…zo lijkt het dan toch weer op een handje.

Ook hele scherpe hoeken kun je beter vermijden, deze maken het mooi naaien namelijk niet makkelijk.

Zorg er bij het maken van het patroon ook altijd voor dat je genoeg ruimte hebt om binnenstebuiten te keren, maak het dus niet te priegelig.

Nog een laatste tip

Regenboog patroonNoteer op elk patroondeel wat het is, hoe vaak je hem moet knippen, geef aan welke zijde de kant is waar je het moet bevestigen (of teken de patroondelen niet gedraaid, maar in de richting zoals hij moet zijn (en ook in de juiste volgorde) en geef eventueel ook aan waar de stof aan de stofvouw moet liggen, dit maakt het voor jezelf allemaal een stuk makkelijker wanneer je het knuffeltje daadwerkelijk maakt.

Nog meer leren?

Wil je nog meer tips & tricks lezen over naaien? Kijk dan vooral op de pagina ‘Mama leert  naaien’.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *