Ze zijn zooooo schattig met hun rozenrokje met bijbehorend shirtje en haaraccessoires. Het outfitje is perfect voor een feestje of voor een heerlijke verkleedpartij…of een fotoshoot.

“Kan jij dat ook maken?”

De oudste heeft een heel leuk memory spel van Sassi, waarin je kaartjes van bloemen met bijbehorende elfjes bij elkaar moet zoeken. Ze vond de kleren van de elfjes zo mooi dat ze mij vroeg of ik dat ook kon maken. Natuurlijk kan ik dat. En dus maakte ik voor de meiden een (klap)roosrokje met bijbehorend shirtje, haarband, en haar-ruffle.

Met petticoat

Om het rokje mooi wijd te laten staan, heb ik er een petticoat bij gemaakt. Voor de roos heb ik een rode gemaakt en voor de klaproos een zwarte. Hoe je deze kunt naaien, kun je lezen in de werkbeschrijving.

Wil je niet naaien? Je kunt ook een no sew petticoat maken. Hier kun je lezen hoe je dat kunt maken.

Materiaal

Voor het rokje is het handig om een stof te kiezen die wat stevig staat, zodat de blaadjes mooi open staan. Ook is het handig om te kiezen voor een stof die niet/nauwelijks rafelt, zodat je de randen gewoon kunt afwerken i.p.v. dubbel moet nemen en binnenstebuiten moet keren. Voor het shirt, de haarband en de ruffle kun je het beste tricot gebruiken.

Het patroon

Het patroon is te koop in het winkeltje en kost hier €1,50. Het document bestaat uit een patroon voor het rokje, het shirt, een haarband en een ruffle voor in het haar.

Maat 98 t/m 116

De patronen gaan van 98 tot en met 116. O.k., dit is geen standaard verloop van maten voor een patroon. Dit is omdat ik voor de jongste maat 98 heb gemaakt en voor de oudste maat 116. Wil je een andere maat? Wanneer je een maatje minder of meer moet hebben, kun je het patroon vrij makkelijk aanpassen: de rok kon je aan de bovenkant iets verkorten of verlengen en het shirt verklein/vergroot je door het verloop in patroon te volgen. Veel groter of kleiner zou ik het patroon zelf niet aanpassen, omdat de verhoudingen van een baby en een groter kind iets anders zijn dan die van een dreumes/peuter/kleuter.

Naadwaarde

Het patroon is zonder naadwaarde. Je moet dus zelf de naadwaarde er nog bij knippen. Wanneer je voor het rokje de stof niet dubbel neemt, hoef je geen naadwaarde te nemen…let er dan wel op dat je voor een stof kiest die niet/nauwelijks rafelt.

Aan de slag

Voor het maken van een rozen rokje met bijbehorend shirt heb je het volgende nodig:

• patroon
• zachte tule / bruidstule (rood of zwart, afhankelijk van of je een roos of klaproos maakt)
• ‘gewone’ tule (rood of zwart, afhankelijk van of je een roos of klaproos maakt)
• stof die een beetje stijf is, maar wel licht is (rood)
• brede biaisband (rood)
• tricot (groen)
• tricot biaisband (licht groen)
• spelden
• garen (zwart, rood, groen, licht groen)
• elastiek (voor in de petticoat)
• boordelastiek (rood)

De rok

Neem het patroon 8 keer over op de rode stof en knip deze uit.

Werk de zijkanten af met een korte zigzagsteek.

Leg telkens een blaadje op de rechterkant van een ander blad (zo, dat het in ieder geval voor 1/3 – 1/4 overlapt), zo krijg je een reeks van acht blaadjes die netjes op elkaar liggen. Speld de blaadjes telkens vast.

Speld het eerst blad op de laatste, zodat er een rondje ontstaat.

Naai de blaadjes langs de bovenkant aan elkaar vast.

Verdeel de plooitjes netjes over de hele rok.

Naai biaisband langs de bovenkant van de blaadjes.

Knip het boordelastiek op de gewenste lengte (omtrek taille + 2 cm).

Naai de uiteinden op elkaar met de goede kanten op elkaar en naai de zoom plat.

Naai de blaadjes vast langs de onderkant van het boordelastiek, hiervoor moet je het elastiek uitrekken tijdens het naaien. Naai langs de onderkant en de bovenkant van het biaisband, zodat het stevig vast zit en de blaadjes mooi vallen.

De petticoat

Knip 2 stroken zachte tule en 2-4 stroken gewone tule van 1,50 m breed en de gewenst roklengte lang.

Naai de tule langs de lange zijde op elkaar, dit gaat het makkelijkst wanneer je dit per 2 doet en daarna de tweetallen op elkaar naait.

Knip een strook van de zwarte of rode stof (afhankelijk van of je een roos of klaproos maakt) die 1,50 m breed is en ongeveer 10 cm hoog.

Zoom een lange zijde enkel om.

Naai de tule op de andere lange kant.

Leg de uiteinden op elkaar (met de goede kanten op elkaar), zodat er een cirkel ontstaat.

Vouw de stof (niet de tule) dubbel en naai de uiteinden op elkaar, maar laat een klein stukje open, zodat je daar het elastiek door kunt rijgen.

Knip een stuk elastiek af die net zo lang is als de omtrek van de taille + 5 cm.

Rijg het elastiek er door en leg er een knoop in.

Controleer even of het goed zit en verstel de knoop eventueel nog.

Naai het laatste stukje nu ook dicht of laat hem open voor eventueel verstelwerk van het elastiek.

Het shirt

Neem het patroon over op de stof en knip de stof uit.

Teken de nerven op de mouwen.

Naai de nerven op de mouwen, zodat ze op blaadjes lijken.

Naai de zijkanten van de mouwen op elkaar met de goede kanten op elkaar en naai de naad plat.

Naai de zijkanten en de schouderstukken van de lijfjes op elkaar (met de goede kanten op elkaar) en naai de naden plat.

Speld de mouwen in de shirt.

Naai de mouwen vast.

Naai tricot biaisband langs de onderkant, hals en onderkant van de mouwen.

De haarband

Meet de omtrek van het hoofd waar de haarband langs loopt.

Neem het patroon over op de stof (pas de lengte eventueel aan) en knip de stof uit.

Leg de twee stroken op elkaar met de goede kanten op elkaar.

Knip de uiteinden rond in een punt af, zodat er een beetje een bladvorm ontstaat.

Naai de twee stroken langs de randen vast, maar laat in het midden een stukje open zodat je hem binnenstebuiten kunt keren.

Keer de haarband binnenstebuiten.

Naai de band netjes langs de randen.

Knip 6 cm van het tricot biaisband.

Vouw hem om de band en naai de uiteinden op elkaar vast met de goede kanten op elkaar.

Draai de het tricot biaisband om, zodat de mooie kant naar buiten zit en plaats hem in het midden.

Leg de punten van de haarband op elkaar.

Naai met een rechte streep van zijkant naar zijkant de punten op elkaar vast, zorg er voor dat het rechte stuk de omtrek van het hoofd heeft.

Naai nerven in de puntjes.

Trek het biaisband over 1 blad en plaats hem netjes in het midden van de twee blaadjes, zodat er een strik ontstaat.

De haar-ruffle (scrunchie)

Neem het patroon over op de stof en knip deze uit.

Naai de lange kanten op elkaar, met de goede kanten op elkaar.

Keer de tunnel binnenstebuiten.

Knip een stuk elastiek af van ongeveer 8-10 cm.

Haal het elastiek door de tunnel en knoop de uiteinden aan elkaar.

Vouw een uiteinde van de stof een beetje naar binnen en schuif deze over de andere uiteinde.

Naai deze netjes vast.

*Je zou de ruffle (scrunchie) ook met de burrito-methode kunnen naaien. Dan krijg je een nette naad waar de uiteinden bij elkaar komen.

Maak jij ook zo’n leuk rozen rokje (met bijbehorend shirt)?

Super! Je snapt natuurlijk wel dat ik ontzettend nieuwsgierig ben naar jouw resultaat. Deel hem vooral onder het originele facebookbericht op ‘Mama Duizendpoot’, zodat ik hem makkelijk kan vinden en een ander jouw werk ook kan bewonderen. Of plaats de foto op Instagram met #mamaduizendpootcreatie.

Bewaren voor later

Vind je dit bericht leuk en wil je het graag bewaren voor later? Pin hem dan vooral op je Pinterest bord, zodat je het nog eens rustig terug kunt lezen. Hier onder staan een aantal ‘Social media icoontjes’, waaronder ook die van Pinterest. Hier kun je op klikken om te pinnen.

Maar misschien wil je dit bericht gewoon delen, dan kun je natuurlijk ook een van de andere opties kiezen…zoals Facebook, Twitter en LinkdIn.

Bewaren en delen wordt enorm gewaardeerd.

Diy inspiratie

Zit je nog vol met diy-kriebels? Kijk dan op de pagina ‘Mama naait’ of ‘Mama knutselt’.