Hoogbegaafd en de vele misvattingen

hoogbegaafd

Ik ben hoogbegaafd…zo…dat is er uit. En nee, ik zeg niet dat ik heel slim ben. Hoogbegaafd zijn is ontzettend veel meer dan een hoog IQ. En het meeste is lang niet leuk.

Wat houdt hoogbegaafd zijn eigenlijk in?

Een hoog IQ

Dat is het meest bekende deel van hoogbegaafdheid. Het gemiddelde IQ ligt op 100. Je bent begaafd wanneer je een IQ hebt van 120 tot 130. Hoogbegaafd ben je vanaf een IQ van 130. Ongeveer 2% van de wereldbevolking is hoogbegaafd, een redelijke minderheid dus…en misschien daarom ook wel zo onbegrepen.

Snel denken

Je denkt niet alleen anders maar ook sneller. Vaak denk je al meer stappen vooruit dan een ander. Dit heeft het gevolg dat je in een gesprek niet gevolgd wordt of dat je weg droomt tijdens een gesprek omdat je het einde van het verhaal al lang ziet aankomen.

Ook wordt het snelle denken vaak verward met ADHD. En dat terwijl je alles behalve ‘hyperactief’ bent…je lijf probeert gewoon wanhopig het tempo van je brein bij te houden.

Goed onthouden

Je onthoud dingen makkelijk en vergeet niet snel. Een vraag aan je ouders of ze nog weten van die ene keer dat je een ijsje had gehad en er een vlek kwam op die gele broek is niet zo raar voor een hoogbegaafde…oh ja…ik vergat te vertellen dat je toen 2 jaar oud was. Je bent net een olifant. Dat kan best handig zijn (wanneer je over 10 minuten een toets woordenschat hebt of een discussie wilt winnen over wie wat wanneer had gezegd), maar meestal is het vervelend, want je hoofd zit constant vol met informatie die op dat moment helemaal niet nuttig is…in bed bijvoorbeeld wanneer je probeert te slapen. Dag nachtrust.

Lees ook: Mijn baby triggert herinneringen

Verveeld

Veel dingen heb je zelf geleerd voordat leeftijdsgenootjes het leren. Hierdoor raak je verveeld wanneer jij niet iets anders aangeboden krijgt wanneer de anderen ‘eindelijk’ toe zijn aan die stof. Dit is vooral op school erg lastig, omdat leerkrachten vaak niet weten hoe ze hier mee om moeten gaan. Ook willen leeftijdsgenoten vaak andere dingen dan jij, omdat jij op een ander ontwikkelingspunt zit.

Eigenwijs

Dat je eigenwijs bent is niet zo raar als je bedenkt dat je jezelf het meeste hebt geleerd. Hoezo is dat fout? Onmogelijk! Je hebt alles zorgvuldig uitgezocht met behulp van verschillende bronnen. Het kost een ander dan ook veel moeite om te bewijzen dat je fout zit. Zonder bewijs ben je dan ook niet te overtuigen van het tegendeel.

Eenzaam

Doordat mensen je niet begrijpen, voel je je al snel alleen. Je hecht je steeds minder aan anderen, omdat je diegene vaak toch weer verliest.

Aanpassen

Om te voorkomen dat mensen je raar vinden of betweterig of wat dan ook, pas je je vaak aan naar het niveau van je omgeving. Zo hoef je je niet zo eenzaam te voelen. Onderpresteren is dan ook iets wat vaak gebeurt.

Hoge eisen

Het is al snel niet goed genoeg wat je doet, of niet snel genoeg. Je wilt je sneller ontwikkelen dan eigenlijk mogelijk is. Mede hierdoor is een hoogbegaafde al snel gefrustreerd, faalangstig en/of krijgt hij/zij sneller een burn-out.

Lees ook: Oververmoeidheid en een burn-out liggen op de loer

Doorzetten

Je geeft niet zomaar op. Je zult en moet weten hoe dat in elkaar zit en je zult en moet dat kunnen. Dat is niet altijd makkelijk en zet zich dan ook vaak om tot obsessief gedrag.

Constant op zoek

Je bent meestal op zoek naar uitdagingen, dingen die jou kunnen prikkelen om nieuwe kennis te vergaren en je verder te kunnen ontwikkelen. Het lijkt een soort honger te zijn die maar niet gestild kan worden. Ook dit kan zich omzetten in obsessief gedrag en zelf destructief gedrag.

Je weet niet alles

Er wordt vaak van je verwacht dat je alles weet…vooral jijzelf hebt die belachelijk hoge verwachting. Wanneer je dan een keer iets niet weet, voel je je misschien zelfs wel dom. Je weet misschien wel veel, maar lang niet alles. Onthoud dat NIEMAND alles kan weten…je bent maar een mens.

Je weet ‘alles’

Door je nieuwsgierigheid en honger naar kennis weet je van best veel wel iets af, maar die kennis blijft vaak heel oppervlakkig en blijft bij basiskennis. Je was namelijk niet geïnteresseerd genoeg om je echt te verdiepen in de materie. Voor de buitenwereld kan dit lijken alsof je ‘alles’ wel weet en daar kunnen ze zelfs op bouwen…zo van: “Vraag die maar, want die weet het wel”. Vooral op de werkvloer is dit een grote valkuil, doordat je probeert te voldoen aan die belachelijke verwachting die de collega’s van je hebben. En ook hier kan dan een burn-out uit voort komen.

Vakidioot

Je weet van veel dingen wel iets, maar er is vaak 1 vakgebied waar je jouw honger naar kennis helemaal op los laat. Zo zie je dan ook vaak dat hoogbegaafde kinderen bijna obsessief fan zijn van bijvoorbeeld dino’s of het heelal. Ze weten er echt alles over (nou ja, in ieder geval meer dan de gemiddelde Nederlander).

Opgeven

Omdat je al snel het idee hebt genoeg informatie te hebben of het gevoel hebt genoeg te kunnen, stop je voordat het echt af is en voordat je het volledig beheerst. Je bent eerst obsessief bezig en zo ineens heb je besloten dat het genoeg is en vladder je verder naar je volgende project.

Veel zorgen

Hetgeen wat fout gaat blijft maar in je hoofd malen…hoe kon je zo stom zijn. Helaas kun je deze gedachte over dat ene foutje nog jaaaaaaaaren hebben (en nee, dit is niet overdreven). Heel onredelijk om zo te denken natuurlijk, want je kunt er weinig aan veranderen en foutjes zijn menselijk. Hoogbegaafd of niet, je bent nog steeds mens!

Wereldverbeteraar

Ook maak je je zorgen om dingen waar je weinig aan kunt doen en raakt daardoor zelfs gefrustreerd…dingen als oorlog, hongersnood, milieuvervuiling enz. Soms voel je je dan ook echt een Don Quichot die met de molen vecht, want je wilt uiteraard wel je best doen om jouw steentje bij te dragen. Maar je komt Heter al snel achter dat je met enkel jouw deel jouw doel nooit zult kunnen bereiken. Het gevoel van machteloosheid kan soms erg overweldigend zijn en zelf depressies veroorzaken.

Angstig

Je bent constant bang om het niet goed te doen. Je kunt iets duizend keer goed hebben gedaan, maar de ene keer dat het niet goed gaat, die blijft hangen…daar ligt je focus. Ook heb je het gevoel dat je geen fouten mag maken, je bent immers slim…toch? Faalangst komt dan ook veel voor bij mensen die hoogbegaafd zijn.

Slecht leren

Slecht leren? Je bent toch heel slim? Dat klopt, maar je leert alles wanneer je het wilt leren…en dan puur de dingen die je op dat moment interessant vindt. Wanneer je dus op school ineens rijtjes moet leren, heb jij nog niet geleerd hoe je moet leren. Waar anderen geduldig hebben leren oefenen en oefenen en oefenen, had jij het na eventjes oefenen (of overkijken) het al onder de knie. Vaak wordt dit niet begrepen, waardoor de faalangst gevoed wordt.

Creatief

Je bekijkt alles van alle kanten. Problemen los je vaak anders op dan anderen, vaak effectiever maar soms ook te veel overdacht en daardoor complexer. Ook ben je creatief in creëren, omdat je dan lekker kunt ontsnappen aan de werkelijkheid.

Gevoelig

Emoties van anderen pik je snel op, zonder dat er een woord over gesproken wordt. Een omgeving voelt al snel gespannen aan wanneer iemand boos, verdrietig, angstig of gespannen is. Vooral wanneer deze persoon het niet uit, want moet je er dan wel of niet over beginnen? Je neemt hierdoor ook snel het gevoel over en dat is verwarrend, niet alleen voor jezelf, maar ook voor de ander.

Snel overprikkeld

Alles kan jou prikkelen; zowel positief als negatief. Je bent emotioneel gevoelig, maar ook lichamelijk. Je ervaart de wereld eigenlijk een stuk intenser. Anderen kunnen je daardoor overdreven, theatraal of een drama queen vinden…of een prinses op de erwt. Niet leuk natuurlijk, want voor jou is het heel reëel. Probeer dat maar eens duidelijk te maken aan iemand die dit niet zo ervaart.

Slecht slapen

Door alle prikkels kun je slecht slapen. Soms zijn het de zorgen die je wakker houden en soms zijn het geluiden…of een vouw in het laken waar je op ligt…of de warmte….of vul maar in. Ikzelf ben dus ook best vaak moe, ook al lijkt het alsof ik energie voor tien heb.

Mijn verhaal

Mijn zoektocht

Jaaaaaren heb ik mij verloren en alleen gevoeld. Ik begreep mijzelf niet….en anderen deden dat ook al niet. Pas in mijn pubertijd leerde ik dat ik faalangst had en een paar jaar erna kwam ik er achter dat mijn IQ boven gemiddeld was.

De eerste test maakte ik nog niet zo heel goed. Mijn onzekerheid over de vraagstelling en mijzelf zorgden voor een resultaat die aangaf dat mijn IQ 128 was. Maar ik leerde al wel dat ik dus een IQ had die iets hoger was dan de gemiddelde Nederlander. In de eerste klas van mijn opleiding vroeg de docent pedagogiek of ze twee testen bij mij en bij een klasgenoot mocht afnemen (een IQ test en een EQ test). Dit waren officiële testen. Zij had namelijk het gevoel dat wij op beide testen hoog zouden scoren…en ze had gelijk. Ze nam de test rustig met ons door. Ook legde ze aan ons uit wat de test van ons ging vragen en dat hielp ons minder zorgen te maken tijdens de test. Uit de IQ test bleek dat wij beiden hoogbegaafd zijn. Mijn IQ was aanzienlijk hoger dan bij de eerste test. Ze heeft ons toen ook het een en ander over hoogbegaafdheid uitgelegd en dat zorgde er bij mij voor dat er heeeeeeeeel veel kwartjes vielen. Eindelijk begreep ik mijzelf en kon ik aan mijzelf werken.

De angst

Ik ben dus hoogbegaafd (en nu weet je wat dat eigenlijk inhoudt) en mijn man doet niet voor mij onder. Toen ik zwanger was, maakte ik mij soms best zorgen over mijn dochtertje. Zou zij ook hoogbegaafd zijn? Zou zij dit ook allemaal meemaken? Of zal haar het allemaal bespaard blijven?

De bevestiging

Toen ze geboren was duurde het niet lang voordat ik mijn zorgen bevestigd zag. Ze is erg gevoelig voor emoties, geluiden, licht en vieze luiers. En ze ontwikkelt zich in een razend tempo…en raakt gefrustreerd wanneer het haar nog niet lukt.

Lees ook: Mijn kind is uitzonderlijk snel in het zich ontwikkelen

Ze slaapt waardeloos, het liefst slaat ze gewoon slaapjes over (ook ’s nachts). Na haar eerste verjaardag sliep ze overdag eigenlijk al helemaal niet meer. Haar hoofd en lichaam lopen niet synchroon; soms wil ze meer dan ze kan en soms begrijpt ze niet wat ze doet…erg verwarrend voor haar. Ze kan ook ontzettend obsessief ergens mee spelen. Toen ze bijna 1 jaar was, zag ik ook dat ze bepaalde dingen niet verder ontwikkelt omdat ze bang is. En dat ze soms per se iets wil en dan net zo lang door gaat tot het lukt…wanneer het uiteindelijk toch niet lukt was ze boos en verdrietig; teleurgesteld. Dat heeft ze eigenlijk nog steeds. Wanneer ze denkt dat ze iets niet kan of (bang is), gaat ze zich misdragen. Ze gaat grapjes maken en tovert zichzelf om tot clowntje. Alles moet dan maar grappig zijn. Humor is haar wapen tegen haar onzekerheid. En man…wat herken ik mijzelf in haar. Gelukkig is ze een blij meisje met veel humor, liefde en ondeugd…ik hoop dat altijd zo blij zal blijven.

Ik ben waakzaam

Het is natuurlijk niet gezegd dat ze ook daadwerkelijk hoogbegaafd is, maar de eerste tekenen zijn er, dus ik ben waakzaam. Al vanaf het begin laat ze zien dat ze voor loopt op de ‘gemiddelde’ ontwikkeling. Ik houdt zelfs een lijst bij waarop staat wat ze op welke leeftijd zou moeten beheersen en op welke leeftijd zij dit beheerst. Er is al vroeg duidelijk sprake van een ontwikkelingsvoorsprong. Wanneer blijkt dat ze hoogbegaafd is, zal ik haar steunen en proberen haar te leren hier zo goed mogelijk mee om te gaan…zoals ik dat nu ook al doe. Ik bied haar dingen aan waar ze aan toe is en probeer dit zo luchtig mogelijk te houden. Zo leert ze de letters via een letterhuisje die we vullen met allerlei dingen van een bepaalde letter…en de volgende letter komt pas wanneer zij dit aan geeft. Ook rekenen we met haar via de rekenboom. Verder besteden wij vooral aandacht aan het leren omgaan met hoogbegaafdheid. Zo zijn we erg bezig met het omzetten van een ‘fixed mindset’ naar een ‘growth mindset’ en dat fouten maken juist prima zijn en aangeven waar je jezelf kunt (niet moet!) verbeteren.

Update

Inmiddels is er een hele tijd verstreken. Ze is nu 6,5 jaar. In groep 1 liep ze helemaal vast. Ze had mega last van een bore out. Wat we aangaven op school, er gebeurde niets. Het resultaat was een meisje dat letterlijk ziek werd van school (hoofdpijn, buikpijn en overgeven). De lockdowns waren telkens haar redden. Tijdens de lockdowns speelden we elke ochtend schooltje en dat vond ze zalig. Door het schooltje spelen steeg haar motivatie en leerplezier weer. Toen er geen lockdown meer was, zakte bij haar de moed in de schoenen. Ze gaf het op. Het aanpassen werd haar te veel. Ze zou telkens getoetst worden vanuit school, maar dat is het hele jaar niet gebeurd. Het resultaat: een meisje dat ziek werd van groep 1 moest naar groep 2.

Nog een jaar hetzelfde. Nog een jaar geen uitdaging. En toen gooide ze de handdoek in de ring. Er kwam niets meer uit en als er al iets uit kwam dan riep ze maar wat om er vanaf te zijn. Het leerplezier was compleet verwoest. Ik heb toen heel hard aan de bel getrokken, nog harder dan het schooljaar ervoor. Thuisschool stond al op mij lijstje van oplossingen, want dit trok ze niet meer.

De nieuwe ib-er (die ook juf van een andere groep was), heeft er toen voor gezorgd dat de herfstsignalering van groep 3 bij haar afgenomen werd. Wat vond onze kleine meid die toetsen leuk. Blij vertelde ze dat ze eindelijk leuk werk had gekregen. Dat was waar zij zin in had! Op school waren ze geschrokken van de uitslag. Ze had het nog beter gemaakt dan de kinderen uit groep 3. Er was geen twijfel meer mogelijk; een jaartje springen was hard nodig. En dus verhuisde ze vlak voor de herfstvakantie naar groep 3. Dat was de beste beslissing ooit. Ze leefde weer helemaal op. De juffen begrepen haar en ze leerde eindelijk wat ze wilde leren. Ze was vooral dol op taal. Taal is iets wat bij haar heel logisch is en natuurlijk voelt. Rekenen moest ze echt aan wennen, vooral aan de structuur waarop het gegeven wordt (bottom up). Bij het automatiseren vertrouwt ze op haar korte termijn geheugen en ziet ze het nut niet in van het onthouden op langere termijn, want met tellen lukt het ook prima (nog wel). Hierbij moet ze dus eerst leren dat tellen niet altijd handig is…en dat lukt pas wanneer de getallen te groot gaan worden om te tellen.

Inmiddels zit ze in groep 4. Ze voelt zich fijn in haar groep en ook deze juf vindt ze lief en heeft begrip voor haar situatie. Een jaar springen is heel goed voor haar geweest, maar is een noodoplossing. En dat blijkt nu ook. De eerste helft van het schooljaar zit er op en volgens de cito scores zit ze nu op groep 5 niveau (alleen rekenen gewoon groep 4 niveau i.v.m. automatiseren) en is ze bijna AVI uit…tenminste…ze is niet verder getest, dus het kan ook maar zo wel AVI uit zijn. We merkten het al aan haar gedrag thuis. Ze viel weer wat terug in patronen die ze in groep 1 liet zien. Er moet dus echt weer iets gaan gebeuren. De juf heeft aangegeven dit te gaan bekijken. Meestal hebben ze voor rekenen wel pluswerk, maar voor het taalgedeelte niet. Met rekenen zit ze niet in het groepje van pluswerk, omdat ze door het niet willen toegeven aan automatiseren op groep 4 niveau blijft steken. Soms doet de kleine meid wat pluswerk voor de lol, want ze vindt de opdrachten wel heel leuk. Ik hoop dan ook dat de getallen binnenkort groot genoeg voor haar gaan worden, zodat ze het nut van het automatiseren gaat zien en stopt met tellen uit gemak. Alle sommetjes die ze moest automatiseren, zijn overigens allemaal geautomatiseerd. We oefenen met flitskaarten de splitsingen en de tafels en dat gaat vlot.

Lees ook: Flitskaarten om mee te oefen en te leren 

Het zit dus allemaal in het koppie, maar ze vertikt het gewoon om die kennis te gebruiken, want tellen vindt ze makkelijker dan binnen een seconde een antwoord weten. Kinderlogica.

We zijn er dus nog lang niet om het onderwijs voor haar passend te krijgen. Het schoolsysteem sluit gewoon niet goed aan bij haar manier van denken en leren. Dat is niet de schuld van haar en ook niet de schuld van school. Iedereen doet zijn/haar best. We proberen het op school nog ietsje passender te krijgen voor haar, maar kijken ondertussen ook of een andere oplossing haar beter zal passen.

Hoogbegaafd zijn is opschepperij

Is zeggen dat je hoogbegaafd bent opschepperij? Zeer zeker niet! Hoogbegaafdheid is een zegen met een zwart randje…en dat zwarte randje is iets waar je echt mee om moet leren gaan. Ik hoop dat deze blog meer mensen zal helpen om hoogbegaafdheid beter te begrijpen en ook sneller te kunnen signaleren. Zo kunnen we onszelf en elkaar beter helpen wanneer dat nodig is.

Mama verhalen

Wil je nog meer mama verhalen lezen? Kijk dan op de pagina ‘Mama maakt mee’.

9 thoughts on “Hoogbegaafd en de vele misvattingen

  1. Tranen over mijn wangen. Zo herkenbaar. Jou dochter is jonger. De mijne zijn 5 en 8 maar zoooo herkenbaar. Ook je eigen strijd als kind zijnde wat getriggerd word als je het herkent in je eigen kids. Maar hoe heerlijk dat je ze zelf mag begeleiden in begrip en liefde. Dat is wat mij sterkt. Ik zie het terug in hun zelfvertrouwen. Ik verschrompelde als kind, mijn dochters bloeien open door het begrip en liefde. Ik gun het jou ook xx mocht je eens contact willen leggen wees welkom

    1. Dat je iemand roert met jouw verhaal, is het mooiste compliment wat j kunt krijgen…dank je voor het lieve compliment en de lieve woorden. Ik merk inderdaad ook dat het erg fijn is om frustraties te herkennen zodat je ze kunt leren om met de frustraties om te gaan. De strijd die ik heb gehad, hoeft zij niet alleen te voeren…dat is een schrale troost. Ik hoop echt dat er wereldwijd meer begrip voor komt, want HB kan net zo’n obstakel zijn in het onderwijs en in het leven als bijvoorbeeld ADHD (heeft zelfs veel dezelfde kenmerken). Samen staan we sterk…als HB-community 🙂

  2. Ik realiseer mij dat dit een oud artikel is, maar ik werd erg getriggerd door het ‘gedoe’ rondom ‘automatiseren’.
    Ik heb zelf lang geleden de PABO gedaan en vervolgens enkele jaren als groepsleerkracht groep 7&8 op verschillende scholen gewerkt.
    Al tijdens mijn studie liep ik tegen het fenomeen aan dat ‘automatiseren’ als de enige oplossing/manier MOCHT/KON zijn bij het rekenen.
    Een kind dat, om welke reden dan ook, niet kan automatiseren, kan (zo werd gesteld) DUS niet goed rekenen.
    Ik heb naast mijn werk ook ontzettend veel bijles gegeven. Dit deed ik bij mijn bijles-leerlingen thuis (overigens nooit kinderen van mijn eigen school, om verwarrende connecties te voorkomen).
    Op een enkeling na, liepen al die kinderen tegen hetzelfde op: ze konden (de tafels) niet automatiseren.
    Hierdoor kregen zij op school het stempel ‘slechte rekenaar’ en werden zij steeds weer gedwongen om de sommen m.b.t. automatisering op te lossen.
    Dit resulteerde er (natuurlijk) in dat de sommen fout werden gerekend, waardoor zij een slecht cijfer kregen, hierdoor gingen de kinderen zelf ook geloven ‘dat ze toch niet konden rekenen’ en de cirkel is was rond.
    Door dat automatiseren van de tafels los te laten en hen een eenvoudige alternatieve wijze aan te leren (‘dubbelen’), zagen ze in no time dat ze wel degelijk in staat waren om hun rekenwerk, óók de moeilijke sommen, goed en snel te kunnen maken!
    Als vanzelf ging hun zelfvertrouwen hierdoor óók ophoog en ze kregen zelfs weer plezier in rekenen, iets wat ze allemaal al lang kwijtgeraakt waren.
    De kinderen leren rekenen was niet het moeilijkste in deze situaties.
    De uitdaging was om de school/leerkracht van deze kinderen te overtuigen dat ‘automatiseren’ niet altijd de enige manier is en dat er nu eenmaal kinderen zijn, die niet kúnnen automatiseren. (Allerlei redenen, te veel voor hier).
    Gelukkig ging het gros van deze leerkrachten/scholen mee in hetgeen de leerling en ik hen kon laten zien en toelichten, maar meestal pas NADAT zij het grote verschil in prestaties van de betreffende leerling met eigen ogen zagen.

    Ik vind het ronduit SCHOKKEND dat ten tijde van het schrijven van dit artikel nog steeds niet genoeg veranderd is in onderwijsland, ten aanzien van ‘het Grote Automatiseren’….

    Vandaar dat ik tóch mijn reactie wilde delen.

    1. Hoi Miranda,

      Ik snap jouw frustratie rondom automatiseren volledig hoor, maar van mij MOET het allemaal niet per se door iedereen geautomatiseerd worden hoor. Ikzelf volg liever de denkwijze en leefwijze van een kind en bied dingen ook graag spelenderwijs en/of themagericht aan. Zo heb ik altijd al les gegeven. Ik heb altijd al tegen de regeltjes en methodes geschopt, omdat het lang niet voor alle kinderen passend is. Ik heb altijd gevochten voor de kinderen die buiten de boot vallen en heb altijd materialen ontwikkeld voor deze kinderen. Maar voor de kinderen waarbij het wel werkt, gebruik ik graag flitskaarten of spelletjes om te automatiseren. Puur omdat mijn ervaring is dat de meeste kinderen dit wel effectief vinden (zoals ik dat aanbied tenminste).

      Ons dochtertje is ook geen ster in automatiseren. Dat komt bij haar vooral doordat ze alles al vlot (vaak al bij een keer zien of horen) in haar korte termijn geheugen heeft zitten. Hierdoor is het voor haar lastig om het te herhalen tot het in het lange termijn geheugen zit. Bij haar werkt het bij rekenen om gewoon lekker onder elkaar te zetten en vooral grote getallen te gebruiken en niet vast te blijven zitten op de kleine getallen tot het geautomatiseerd is, want dan verveelt zij zich en haakt ze af. Terwijl ze bij de grote getallen juist gemotiveerd is. De sommen met kleine getallen duren dan ook een eeuwigheid terwijl de sommen met grote getallen vlot klaar zijn. En dat is echt niet omdat de plus- en minsommen onder de twintig goed geautomatiseerd zijn. Het is de motivatie die ze ervaart door de uitdaging. Dan gaat ze ineens lekker aan de slag met de cijfers, waarbij ze ook vaak puzzelt naar de antwoorden (dubbelen plus rest etc). Heerlijk toch als het op die manier wel lukt. Ik ben meer van de ‘als op manier a niet lukt, dan proberen we manier b…of c…of d …of welke manier maar wel lukt.

Laat een antwoord achter aan Natascha Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *